Monthly Archives: mei 2015
landelijke dag VMDB
De Nederlandse patientenvereniging voor bipolaire stoornissen, VMDB, is heel actief en doet belangrijk werk. Op 20 juni as. organiseren zij weer een landelijke dag. Dit keer spreekt Prof. Jim van Os.
Zie voor informatie: www.vmdb.nl.
Komende week vindt het jaarlijkse internationale congres over bipolaire stoornissen plaats in Toronto, Canada. Uw blogger gaat daar naartoe, ook om zelf een lezing te houden. Ik hoop via deltamania.nl verslag te doen van de belangrijkste presentaties.
wie gebruiken benzodiazepinen?
Benzodiazepinen zijn medicijnen die worden voorgeschreven om te slapen, rustig te worden of minder angstig. Voorbeelden zijn oxazepam, temazepam, lorazepam, diazepam etc.
Deze middelen worden veel voorgeschreven aan bipolaire patienten, terwijl ze toch ook nadelen hebben. Je kan aan deze medicijnen gewend raken, vaak is het moeilijk er weer mee te stoppen en ze kunnen bijvoorbeeld de concentratie verminderen.
In een Amerikaans onderzoek is onderzocht welke soort manisch depressieve patienten nu het meest deze benzodiazepinen gebruiken.
Dit bleek samen te hangen met de complexiteit van de aandoening. Als je meer verschillende medicijnen gebruikt en meer last hebt van angst en somberheid, is de kans groter dat je langdurig benzodiazepinen gebruikt.
Helaas blijkt het moeilijk dit soort medicijnen te vermijden, juist bij de mensen met ingewikkelde ziektebeelden. Hieruit blijkt maar weer dat dringend behoefte is aan meer behandelmogelijkheden.
kinderen van bipolaire patiënten: wanneer verhoogd risico?
Nadat de eerste symptomen al zichtbaar zijn, duurt het vaak toch lang eer de diagnose bipolaire stoornis gesteld wordt. Het is belangrijk risicofactoren te kunnen onderscheiden. Misschien kan de diagnose eerder gesteld worden en dus eerder behandeld worden, als je weet waar je op moet letten.
Bij 391 kinderen van bipolaire ouders, tussen 6 en 18 jaar, is gekeken welke mogelijke symptomen al optreden in de jeugd als mogelijke voorspeller van een latere bipolaire stoornis. Zij werden vergeleken met 248 kinderen van ouders zonder bipolaire stoornis.
Kinderen van bipolaire ouders hadden vaker al milde manische en depressieve symptomen. Ook hadden zij vaker symptomen van ADHD, gedragsstoornissen, angststoornissen en gebruik van drugs. De kinderen die daar last van hadden, liepen een grotere kans later een manie te ontwikkelen.
Met dit soort symptomen in het achterhoofd zou bij een kind van een bipolaire ouder al eerder aan een bipolaire stoornis gedacht kunnen worden en zou een behandeling wellicht al gestart kunnen worden.